Corsa Consultancy

Wat mag onder verenigingswerk in 2025?

1.Wat mag onder verenigingswerk?

Niet elke activiteit komt in aanmerking. Er zijn duidelijke regels over wie verenigingswerkers mag inschakelen en voor welke taken. Dit zijn de belangrijkste voorbeelden:

  • Overheidsdiensten of gesubsidieerde organisaties mogen mensen inschakelen als monitor of animator tijdens schoolvakanties of op vrije momenten in het onderwijs.

  • Organisaties zoals speelpleinen, sportkampen of vakantiekolonies mogen tijdens de schoolvakanties tijdelijk mensen inzetten als begeleider, huismeester of bewaker.

  • Erkende sport- of cultuurorganisaties kunnen mensen inschakelen buiten hun werkuren of tijdens schoolvakanties als trainer, lesgever, coördinator, terreinverzorger, enzovoort.

  • Ook amateurkunstenorganisaties mogen technische of artistieke begeleiders inschakelen, zolang het niet om echte artistieke prestaties gaat die al op een andere manier vergoed kunnen worden.

  • Scholen kunnen animatoren inzetten voor sport- en cultuuractiviteiten op vrije dagen.

  • Organisatoren van sport- of cultuuractiviteiten mogen mensen enkel op de dag van het evenement, of in een beperkt aantal uren vóór of erna, inzetten voor ondersteunende taken (geen artiesten of sporters).

2. Hoeveel mag je werken als verenigingswerker?

De maximale toegestane uren verschillen per sector en per kwartaal. Alles samen mag je nooit meer dan 450 uren per jaar presteren onder verenigingswerk.

Het is toegestaan om verenigingswerk in verschillende sectoren te combineren, zolang je onder die 450-urenlimiet blijft. Als je die overschrijdt bij een bepaalde organisatie, worden alle prestaties daar beschouwd als gewone arbeid, met bijhorende gevolgen (zoals RSZ en belastingen).

Voor studenten geldt een aparte regel: zij mogen maximum 190 uren per jaar verenigingswerk doen. Dat is apart van hun studentenjob, maar ze mogen beide combineren zolang ze onder de respectieve limieten blijven. Ook hier gelden de kwartaalplafonds.

3. Hoe zit het met belastingen en sociale bijdragen?

Als je binnen de regels blijft, dan zijn er interessante voordelen:

  • Geen sociale bijdragen: er moet geen RSZ worden betaald op het loon van een verenigingswerker.

  • Geen bedrijfsvoorheffing: de werkgever moet niets vooraf inhouden.

  • Wel belasting: je betaalt als werknemer zelf 10% belasting bij je belastingaangifte. Dat komt doordat deze inkomsten beschouwd worden als “diverse inkomsten”. Die worden normaal belast aan 20%, maar je mag 50% forfaitaire kosten aftrekken. Zo kom je uit op een effectief tarief van 10%.

4. Nieuw grensbedrag voor 2025

Voor het inkomstenjaar 2025 (aanslagjaar 2026) geldt een nieuw fiscaal maximum van € 7.700. Als je inkomsten uit verenigingswerk én eventueel deeleconomie samen boven dat bedrag uitkomen, dan worden al je inkomsten belast zoals een gewone job – dus tegen het standaardtarief van de personenbelasting, zonder de voordelige regeling.


Bron: FOD Financiën (automatische indexering belastingen), www.fisconetplus.be en www.verenigingswerk.be.